Daan Hoole droomt van een prof wielercarrière.

Te gast in het laatste uur van Radio Sport op Voorne Putten op 13 juni 2020 is Beloftenwielrenner Daan Hoole van de internationale opleidingsploeg SEG Racing Academy. We maken kennis met deze zeer talentvolle wielrenner uit Zuidland. 

 

Vorig jaar wellicht het hoogtepunt in Daans carrière met winst op het Nederlands Kampioenschap Tijdrijden bij de Beloften en een 10e plaats op het WK Tijdrijden dat onder erbarmelijke omstandigheden verreden werd in het Engelse Yorkshire. We gaan het van Daan zelf horen of hij deze stelling onderschrijft.

 

Daan groeit op in Zuidland.

Daan Hoole werd 21 jaar geleden op 22 februari geboren in Spijkenisse, maar woont al zijn hele leven in het mooie Zuidland. Daan is 1 meter 98 lang en weegt 82-83 kg. Het ideale wedstrijdgewicht is 81 kg. Door iets beter op zijn voeding te letten en intensiever te trainen, komt hij snel weer op zijn ideale gewicht. Hij is met zijn lengte groter dan de gemiddelde wielrenner, maar dat sluit aan bij de andere tijdrit specialisten die meestal ook iets langer zijn dan de overige wielrenners. 

 

Daan komt uit een gezin van 4: vader, moeder en broer. Vader Daniel is amateurfietser en broer Thomas (22) heeft op wedstrijdniveau gefietst. Eigenlijk ben ik door hen ook aan wedstrijden mee gaan doen.

 

School.

Daan bracht zijn basisschoolperiode door bij PCS De Aanwas in Zuidland. Hij ging De Oude Maas naar het Voortgezet Onderwijs en volgde de VMBO TL (Mavo). Vervolgens heeft hij nog twee jaar de Havo bezocht. Inmiddels ging het zo goed met wielrennen dat hij door internationale wedstrijden steeds minder naar school ging en na overleg met mijn ouders besloot zich volledig op het wielrennen te richten.

Daan heeft zijn jeugdjaren in Zuidland als zeer prettig ervaren. Hij had veel vrienden. Inmiddels is het contact door het wielerleven met die vrienden iets minder, mede door het strikte leven als wielrenner, maar heeft hij daarvoor in de plaats wielervrienden erbij gekregen. Daan is een prettig persoon, staat open voor een goed gesprek en heeft veel humor.

 

Sport.

In de jeugd proefde Daan aan tennis, voetbal en wielrennen. Daan voetbalde samen met zijn vrienden tot in de E-categorie. Rond zijn tiende begon hij met fietsen. Hij tenniste nog wel twee jaar door voordat hij volledig voor het wielrennen koos. Het competitieve element en het uiterste uit jezelf halen, trok Daan aan in de wielersport. Daan: “Wielrennen is een duursport. Je moet er veel in investeren. Geen enkele wedstrijd is hetzelfde. Dat maakt het moeilijk en leuk.”

Beroepsambities?

Echte beroepsambities had de jonge Daan nog niet. Ook het wielrennen was in het begin voor de lol erbij. Pas vanaf de juniorentijd, toen de eerste echte successen kwamen, is Daan gegroeid naar de wens om van het wielrennen zijn beroep te maken. Daan: “Ik groei elk jaar. Ik kom steeds dichter bij het niveau om een goede profwielrenner te kunnen worden." Daan vervolgt: "Dat is ook een reden om voor SEG Racing Academy te kiezen. Het is één van de beste opleidingsploegen ter wereld en ze hebben een managementteam dat jaarlijks zorgt voor een goede doorstroom naar de profs en o.a. Niki Terpstra, Dylan Groenewegen en Wout Poels onder contract heeft. Ook Sunweb en Jumbo Visma hebben goede opleidingsploegen, maar het management met goede internationale contacten gaf voor mij de doorslag om naar SEG Racing te gaan." Daan ontspant zich door met vrienden af te spreken en te gamen. Maar de basis is toch wel eten, trainen en rusten.

 

SEG Racing Academy. 

Bij de SEG Racing Academy stoomt Daan zich onder uitstekende begeleiding klaar voor het profwielrennen. De ploeg beschikt over een divers en compleet begeleidingsteam (ploegleiders, trainers, verzorgers, mecaniciens, etc.) dat het team in het begin van het jaar vergezeld op trainingskamp in Griekenland (2 keer twee weken in januari en februari). Daarna traint hij volgens schema’s die de trainers op maat voor hem maken. Online wordt hij begeleid. Vlak voor grote, belangrijke wedstrijden volgen dan ook nog trainingskampen.

 

Trainen in eigen omgeving. 

In Nederland traint Daan af en toe met dorpsgenoot Daan van Sintmaartensdijk (beloftenrenner), Abbenbroeker Kevin Inkelaar (prof bij Bahrain McLaren) en import Zuidlander Fabio Jakobsen (prof bij Deceunick Quick Step Cycling Team). Ik heb verschillende rondjes van 3 of 5 uur. Het is niet altijd hetzelfde. Vaak rijd ik richting Zierikzee.

We komen langzaam uit de coronacrisis en pakken langzaam het leven weer op. Wellicht komen er ook weer wielerwedstrijden aan.

Daan: “Na een periode met onderhoudstrainingen is het nu echt wel weer opbouwen naar eind augustus waarin we hopelijk weer wedstrijden mogen rijden.”

 

Wat is het verschil tussen een onderhoudstraining en opbouwtraining?

Daan: “De onderhoudstraining is er op gericht dat je in conditie blijft. Je moet na een onderhoudsperiode snel weer in wedstrijdvorm kunnen zijn. Nu zijn er meer lange, duurtrainingen (5 a 6 uur) om je basis goed te krijgen om aansluitend door intensiever te trainen weer in vorm te komen. De duurtrainingen leg je af met een snelheid van 34-35 km.

 

Waarom rijden jullie tijdens die duurtrainingen geen wedstrijdtempo van ongeveer 45 km per uur?

Daan: “Je rijdt zo’n duurtraining alleen en niet in een peleton, waar je in het wiel kan hangen. Je kan ook niet 5, 6 keer in de week de wedstrijdsnelheid aan. Dat kan het lichaam niet aan.

 

Ik las dat veel tijdrijders door deze coronatijd meer op hun tijdritfiets hebben getraind. Geldt dat ook voor jou?

Daan: “Normaal gesproken rijd je veel wedstrijden en komt het er niet van veel op een tijdritfiets te trainen. Je moet tussendoor herstellen van wedstrijden en kan dan niet specifieke trainingen op de tijdritfiets doen. Nu kon dat wel, dus zat ik twee, drie keer per week op de nieuwe tijdritfiets.”

 

Heb je deze winter nog iets aan je tijdritpositie veranderd?

Daan: “We hebben nieuwe tijdritfietsen gekregen van het merk Dare. Het zijn betere fietsen. Ik heb mijn houding daardoor ook iets aangepast. Het gaat om de details. Ik ben bezig om op het vlak van aerodynamica verbetering te zoeken om zo snel mogelijk ter zijn.”

 

Hoelang train je op een tijdritfiets?

Daan: “De tijdritpositie op de fiets is zwaar om goed en lang vol te houden. Daarom train ik hooguit drie uur op deze fiets.”

 

Geef je de trainingsgegevens altijd door aan de trainer?

Daan: “We werken met een online trainingsprogramma dat alles meet: de tijd, het vermogen, de cadans, de snelheid, de hartslag, de temperatuur. Je kan hierdoor snel opmaken of je in vorm raakt of niet.”

 

Je hebt vaak alleen of in kleine groep getraind. Wanneer ga je weer met de ploeg op trainingskamp?

Daan: “Volgende maand is er met de hele ploeg als het goed gaat een trainingskamp in Limburg of de Ardennen. Dat is leuk om de ploeggenoten weer te zien. De buitenlanders ook? Daan: ‘Ja. En ze verblijven dan ook in Limburg.”

 

Is er ooit uitgezocht waarom er zoveel goede wielrenners in Zuidland wonen?

Daan (lacht): “Nee, het is wel toevallig, ja. Er zijn veel wielrenners die prof worden of zijn geworden: Maarten de Bakker, Arthur Fahrenhout, Edwin Fahrenhout, Chantal Blaak, Kevin Inkelaar.”

 

Waar ben je begonnen met wedstrijdfietsen?

Daan: “De eerste beginselen heb ik aangeleerd bij PRC Delta in Spijkenisse. Op speelse wijze. Niet zo serieus als nu en dat is ook goed. Op die jonge leeftijd moet je het echt puur voor het plezier doen. Ik stroomde in bij eind categorie 4. Na vier jeugdcategorie jaren, ben ik bij de nieuwelingen voor RWC Ahoy uit Rotterdam gaan rijden. Bij PRC Delta hadden ze toen niet veel renners die serieus nieuwelingenwedstrijden gingen rijden. Een paar vrienden in het peleton vroegen of ik bij RWC Ahoy wilde komen fietsen.”

 

Was je al succesvol bij de jeugdcategorie?

Daan: ‘Helemaal niet. Zeker niet in de categorieën 4 en 5.  Ik vond de trainingen leuk, maar de wedstrijden niet. Ik werd vaak gelost. Ik heb zelfs even overwogen met wielrennen te stoppen. Maar vanaf categorie 6  ging het steeds beter en begon ik het natuurlijk ook steeds leuker te vinden. Ik kreeg meer plezier, ging vaker en harder trainen.” Daan vervolgt: “Ik begon steeds beter te rijden en ging met ongeveer dezelfde groep van de nieuwelingen door naar de junioren. Met Michael Zijlaard, Vincent Hoppezak hadden we een leuke groep onder begeleiding van Ron Zijlaard en konden we eigenlijk elke internationale wedstrijd rijden die we wilden. Het ging zo goed dat ik als 1e jaars junior geselecteerd werd voor het Wereld Kampioenschap in Qatar. Dat was heel speciaal. We reden als ploeg voor Nils Eekhof, de sprinter. Ik viel in de laatste 2 kilometer. Ide Schelling was de beste Nederlander op de 7e plaats. Het was enorm zwaar in die hitte daar.”

 

Kwam je in de Beloftecategorie direct bij SEG Racing Academy terecht?

Daan: “Als 2e jaars junior werd ik succesvol. Ik behaalde enkele keren het podium en won wedstrijden; ook in het buitenland. Ik viel op bij SEG, had een paar gesprekken met ze en werd uitgenodigd in dit Continentale Team te komen rijden. Ik was natuurlijk vereerd, al had ik het natuurlijk zelf verdiend. Ik zit nu in mijn derde jaar.”

 

Eerste jaar SEG Racing.

Daan: “Ik was een goede Junior, maar kwam er achter dat het niveau een stuk hoger ligt bij de Beloften. De wedstrijden worden serieuzer benaderd, zijn veertig kilometer langer. Bovendien reed ik door deelname met een Continentale Ploeg aan wedstrijden ook vaak met profrenners.”

 

Is er veel verloop bij de SEG Racing Academy?

Daan: “Ja, elk jaar stromen er wel drie tot vijf renners door naar de professionals. Daar staat de ploeg om bekend. Dat is mooi. Het is voor mij de juiste ploeg.”

 

Sport op Voorne Putten volgt jou eigenlijk pas sinds twee jaar. Vorig jaar viel je mij op door een goede Beloftenwedstrijd bij Parijs-Roubaix.  

Daan: “Ik reed voor het podium. Lag goed in de wedstrijd. Ik reed in een groepje van vier renners voor de derde plek, maar kwam helaas door een andere renner, die op de laatste kasseistrook Carrefour de l’Arbre in de berm reed en viel, ten val. Ik moest van fiets wisselen, werd door een paar renners nog gepasseerd en eindigde ik op de 11e plek. Een prima prestatie, maar als je derde kan worden is dat frustrerend.”

 

Reed je het hele voorjaar al goed?

Daan: “Ja. Vooral in de Tour de Normandie (Frankrijk) heb ik veel en goed werk kunnen verrichten voor onze kopman Alberto Danaise. Alberto won een etappe. Ik reed goed.”

 

Vanuit Parijs-Roubaix maken we even de sprong naar het succesvolle NK Tijdrijden. Was je favoriet?

Daan: “Ik was samen met Nils Eekhoff de favoriet. Ik had vooraf hoge verwachtingen. Had het parcours twee keer verkend. Ik had goede benen, kon goed in mijn aerodynamische positie blijven en toen ik over de finish kwam hoorde ik dat ik gewonnen had. Dat was wel mooi. Want ik wil nooit tussentijden van de ploegleiding horen. Dat leidt maar af.”

 

Het WK in Yorkshire.

Toen het WK in Yorkshire, Engeland? Wat een vreselijke omstandigheden met die regen.

Daan: “Het was vreselijk. De hele race heeft het keihard geregend. Er stonden plassen op de weg. Een paar renners zijn daardoor zelfs gevallen. Het was bizar. Tijdens de race had ik niet het beste gevoel. Mijn doel was een top 10 plaats, ik hoopte op beter, maar tijdens de race deed ik een aantal bochten en afdalingen niet optimaal. Ik eindigde als tiende. Nils Eekhoff werd 7e en beste Nederlander.”

 

Hoe kijk je terug op vorig seizoen?

Daan: “Vorig jaar was een goed jaar. Vooral de verbetering ten opzichte van het eerste Beloftejaar beloven veel goeds. Ik heb goed mijn werk voor de ploeg kunnen doen en zelf een paar keer mijn kans kunnen pakken en goede uitslagen kunnen rijden.”

 

Wat waren de doelstellingen voor dit jaar?

Daan: “Ik wilde dit jaar goede finales rijden en wedstrijden winnen. En vooral het NK, EK en WK staan hoog op mijn verlanglijstje. Ik hoop voor het podium of de overwinning mee te doen.”

 

Hoe groot was je teleurstelling toen je hoorde dat alles afgelast werd?

Daan: “Heel groot. Ik mis de competitie en de wedstrijden. Het is bizar.”

 

Heb je moeite gehad jezelf te motiveren?

Daan: “Dat valt wel mee. Ik vind trainen ook hartstikke leuk. Je kan in deze situatie niet meer dan zorgen dat je weer in topconditie bent zodra de wedstrijden weer beginnen. Ik blijf mezelf hier aan herinneren.”

 

Hoor je tijdens het trainingskamp welke wedstrijden je gaat rijden?

Daan: “Het is allemaal nog onzeker welke wedstrijden georganiseerd worden. Op de planning staan in ieder geval de Tsjech Tour in Tsjechië, daarna snel het EK tijdrijden op 25 augustus in Plouay (Frankrijk), wat losse wedstrijden in België waaronder Dwars door het Haagland, de Baby Giro in Italië en eind september het WK in Martigny (Zwitserland).”

 

Er gaan zelfs geruchten dat het NK Tijdrijden ook nog georganiseerd wordt. Tijdrijden doe je individueel. Moet toch mogelijk zijn?   

Daan: “Klopt. Dat heb ik ook gehoord. Maar ze weten het nog niet zeker.”

 

Ik hoop als wielerliefhebber dat de wedstrijden de komende maanden georganiseerd worden. Waar hoop je te staan aan het einde van 2020?

Daan: “Ik hoop het EK Tijdrijden te winnen of minstens op het podium te staan. Bij het WK is de podiumplek het doel.”

 

Jouw uiteindelijke doel is om een goede profwielrenner te worden?

Daan: “Ja zeker. Mijn droom is om profrenner te zijn. Daar ga ik voor.”

 

Hoe lang duurt het nog, denk je?

Daan: “Het is afwachten hoe de ploegen door de crisis komen en hoeveel plekken er vrij komen. Ik heb nog de tijd. Ik ben jong.”

 

De ultieme droom.

Daan: “Bij de professionals het WK Tijdrijden winnen en Parijs-Roubaix.”  

 

Overgang van de Beloften naar de Profs is een hele stap. We gaan zien wanneer je dat realiseert. Ik hoop je dit kalenderjaar nog in een wedstrijd bezig te zien. Een goed EK en WK toegewenst. We blijven je volgen en fijn dat je voor ons een uur hebt uitgetrokken. Tot ziens! 

Daan: “Dank je wel. Tot ziens!”